Gemeente Overweegt Overdracht Kunstgrasvelden aan Lokale Verenigingen
De gemeente overweegt om de verantwoordelijkheid voor zes kunstgrasvelden over te dragen aan lokale verenigingen en de Stichting Beheer gemeentelijke buitensportaccommodaties (SBGB). Het voorstel houdt in dat de gemeente 30% van de kosten dekt, terwijl de overige 70% door de verenigingen en de SBGB wordt betaald. Tijdens een recent debat in de gemeenteraad werden de voor- en nadelen van dit voorstel uitgebreid besproken.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
Tijdens een levendig debat in de gemeenteraad werd het voorstel om kunstgrasvelden over te dragen aan lokale verenigingen en de SBGB onder de loep genomen. Het plan, dat voorziet in een kostenverdeling waarbij de gemeente 30% bijdraagt en de verenigingen de overige 70% voor hun rekening nemen, riep gemengde reacties op.Meneer Van Emmerik opende de discussie met een positieve noot over de eerdere bijeenkomst met de vereniging WWC, maar uitte zijn zorgen over het nader onderzoek naar de OZB- en WOZ-waarde van sportcomplexen. "We hopen dat dit geen bottleneck wordt," aldus Van Emmerik, die aandrong op overeenstemming tussen de gemeente en de verenigingen.
Meneer Van der Geest uitte zijn twijfels over de afschrijvingstermijn van 30 jaar voor bepaalde onderdelen zoals lichtmasten. "Wij vinden die termijn wel erg optimistisch," merkte hij op, en vroeg om opheldering van de wethouder over deze inschatting.
De heer Klink sloot zich grotendeels aan bij de eerdere sprekers en benadrukte het belang van een evaluatie elke vijf jaar. "Het is goed om met elkaar in gesprek te blijven," stelde hij voor.
Meneer Wesselman was tevreden met de splitsing van economisch en juridisch eigenaarschap, maar wees ook op de OZB als aandachtspunt. "Verder geen opmerkingen," voegde hij toe.
Meneer Moren van het CDA bracht naar voren dat de vervanging van de velden niet los kan worden gezien van de sportpadvisie en vroeg om meer duidelijkheid over de volgorde van vervanging en de exitstrategie. Hij benadrukte ook het belang van een maatschappelijke tegenprestatie door de verenigingen.
Wethouder reageerde op de vragen en benadrukte dat veel van de details aan de verenigingen zelf zijn om in te vullen. "Zij weten heel goed waar ze straks de handtekening onder gaan zetten," verzekerde ze. Ze legde uit dat de afschrijvingstermijnen zijn gebaseerd op input van de SBGB en dat eventuele problemen in de toekomst gezamenlijk zullen worden aangepakt.
Het debat maakte duidelijk dat er nog enkele aandachtspunten zijn, maar de algemene stemming was positief over het voorstel. De gemeenteraad zal op 24 juni een definitief besluit nemen over de overdracht van de kunstgrasvelden.
Samenvatting van het voorstel
De gemeente overweegt om de verantwoordelijkheid voor zes kunstgrasvelden over te dragen aan lokale verenigingen en de Stichting Beheer gemeentelijke buitensportaccommodaties (SBGB). Het voorstel is dat de gemeente 30% van de kosten dekt via een afkoopsom, terwijl de overige 70% door de verenigingen en de SBGB wordt betaald. Deze afkoopsom is gebaseerd op een vervangingscyclus van 30 jaar en zal worden geïndexeerd. Er wordt ook nader onderzoek gedaan naar de OZB- en WOZ-waarde van sportcomplexen. Het doel is om samen met de verenigingen afspraken te maken over de overdracht en/of vervanging van de velden, waarbij de verenigingen ook een maatschappelijke bijdrage leveren. De gemeente wil de verantwoordelijkheid voor het vastgoed overdragen aan inwoners en organisaties en zoekt naar manieren om dit te financieren in lijn met de maatschappelijke doelen. Er worden individuele overeenkomsten opgesteld waarin de verantwoordelijkheden en financiële afspraken per vereniging worden vastgelegd. De verenigingen moeten ook een maatschappelijke tegenprestatie leveren. De samenwerking met de SBGB blijft bestaan, en er wordt een leenfaciliteit aangeboden om de verenigingen te ondersteunen bij hun financiële verantwoordelijkheden. De gemeente verwacht dat de kosten binnen de begroting blijven en streeft naar een gezamenlijke aanpak met de verenigingen om de afspraken uit te voeren en te evalueren.