De gemeenteraad van Kaag en Braassem heeft een motie ingediend om collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO) nieuw leven in te blazen. Ondanks dat CPO al deel uitmaakt van de gemeentelijke woonagenda, blijft het aantal concrete projecten achter. De raad dringt aan op aanvullende maatregelen om CPO-projecten te stimuleren en te reguleren.
Politiekverslaggever Rijk de Bat
Tijdens de raadsvergadering van afgelopen week werd een motie ingediend door Ruud van der Star (Pro Kaag en Braassem), Ger van Embrink (Samen voor Kaag en Braassem) en Nick van Egmond (D66). De motie roept het college op om voor 1 januari 2019 met een voorstel te komen voor aanvullende instrumenten die CPO-projecten moeten realiseren. "We willen de woningbouw niet frustreren, maar juist stimuleren," aldus Van der Star. "CPO is participatie eerste klas."
De indieners benadrukten dat de motie niet alleen voor het project Hoogmadese Wetering geldt, maar voor het gehele ruimtelijke beleid. "We willen afspraken maken over wanneer en hoe we CPO kunnen toepassen," voegde Van Egmond toe. Hij riep de raad op om de motie raadsbreed te steunen.
Niet alle raadsleden waren direct enthousiast. VVD-raadslid Van der Geest uitte zijn zorgen over de mogelijke dwang die regulering met zich mee kan brengen. "Reguleren kan iets dwangmatigs worden en daar zijn we allergisch voor," zei hij. De VVD wil eerst het voorstel van het college afwachten voordat ze hun steun toezeggen.
Wethouder Van der Meer reageerde positief op de motie en gaf aan de uitdaging aan te willen gaan. "Als het eenvoudig was, hadden we het al lang gedaan," zei ze. Ze nam de toezegging aan om voor 1 januari met een voorstel te komen.
De discussie over de motie leidde tot enige verwarring over de status van toezeggingen en moties. Uiteindelijk besloot de raad de motie in stemming te brengen. Met 15 stemmen voor en 3 tegen werd de motie aangenomen. "We gaan het gewoon doen," concludeerde Van Egmond.
Het CDA gaf aan de motie te steunen, hoewel er binnen de fractie enige discussie was geweest. Raadslid Moorl uitte zijn twijfels over de haalbaarheid van CPO-projecten zonder gemeentelijk grondbezit. "Je moet realistisch zijn over de kans van slagen," stelde hij.
Met de aangenomen motie ligt de bal nu bij het college om met concrete voorstellen te komen. De gemeenteraad hoopt dat hiermee de weg wordt vrijgemaakt voor meer CPO-projecten in de regio.
Samenvatting van het voorstel
De gemeenteraad van Kaag en Braassem overweegt een motie over collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO). CPO is een onderdeel van de gemeentelijke woonagenda, maar komt in de regio moeilijk van de grond. Er zijn weinig concrete CPO-projecten en recente initiatieven, zoals bij het project Hoogmadese Wetering, worden niet opgepakt door grondeigenaren of ontwikkelaars. De raad ziet CPO als een belangrijk instrument voor specifieke doelgroepen en wil dat het meer wordt toegepast in woningbouwprojecten. Er is echter een gebrek aan instrumenten voor de gemeente om hierop te sturen. Daarom vraagt de raad het college om voor 1 januari 2019 met een voorstel te komen voor aanvullende instrumenten. Deze moeten zowel regulerend als stimulerend werken om CPO-projecten te realiseren.
Documenten
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De motie draagt de titel "Collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO)" en is ingediend door de raad van Kaag en Braassem. De motie constateert dat CPO, een instrument uit de gemeentelijke woonagenda, moeilijk van de grond komt in de gemeente. Er zijn weinig concrete CPO-projecten en recente initiatieven, zoals in Hoogmadese Wetering, werden niet overgenomen door grondeigenaren of ontwikkelaars. De motie benadrukt het belang van CPO voor specifieke doelgroepen en stelt dat er aanvullende instrumenten nodig zijn om de gemeente meer regie te geven. Het college wordt verzocht om voor 1 januari 2019 met een voorstel te komen voor deze instrumenten.
Oordeel over de volledigheid:
De motie is redelijk volledig in het identificeren van het probleem en het stellen van een duidelijke deadline voor het college om met een voorstel te komen. Echter, het biedt geen gedetailleerde oplossingen of voorbeelden van de gewenste instrumenten.
Rol van de raad:
De raad speelt een initiërende en controlerende rol. Ze vraagt het college om actie te ondernemen en zal het uiteindelijke voorstel beoordelen.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of ze prioriteit willen geven aan CPO binnen de woningbouwplanning en of ze bereid zijn om aanvullende instrumenten te ontwikkelen en implementeren.
SMART en Inconsistenties:
De motie is specifiek en tijdgebonden (voorstel voor 1 januari 2019), maar mist meetbare en haalbare criteria voor succes. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de motie kan concreter zijn over de gewenste instrumenten.
Besluit van de raad:
De raad moet beslissen of ze de motie aannemen en het college de opdracht geven om met een voorstel te komen.
Participatie:
De motie zelf zegt weinig over participatie, maar CPO impliceert een vorm van participatie waarbij particulieren gezamenlijk opdrachtgever zijn.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd, maar kan relevant zijn als onderdeel van de woningbouwprojecten.
Financiële gevolgen:
De motie bespreekt geen directe financiële gevolgen of dekkingsvoorstellen. Het is aan het college om in hun voorstel eventuele financiële implicaties te adresseren.
-
Analyse van het document
Titel en Samenvatting:
De motie draagt de titel "Collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO)" en is ingediend door de raad van Kaag en Braassem. De motie constateert dat CPO, een instrument uit de gemeentelijke woonagenda, moeilijk van de grond komt in de gemeente. Er zijn weinig concrete CPO-projecten en recente initiatieven, zoals bij het project Hoogmadese Wetering, werden niet overgenomen door grondeigenaren of ontwikkelaars. De motie benadrukt het belang van CPO voor specifieke doelgroepen en roept op tot aanvullende instrumenten om de regierol van de gemeente te versterken. Het college wordt verzocht om voor 1 januari 2019 een voorstel te doen met regulerende en stimulerende maatregelen.
Oordeel over de volledigheid:
De motie is redelijk volledig in het identificeren van het probleem en het stellen van een duidelijke deadline voor het college om met een voorstel te komen. Echter, het biedt geen gedetailleerde oplossingen of voorbeelden van de gewenste instrumenten.
Rol van de raad:
De raad speelt een initiërende en controlerende rol. Ze vraagt het college om actie te ondernemen en zal het uiteindelijke voorstel beoordelen en goedkeuren.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen of ze de focus op CPO als belangrijk instrument voor woningbouw willen versterken en welke middelen ze bereid zijn in te zetten om dit te realiseren.
SMART en Inconsistenties:
De motie is specifiek en tijdgebonden (voorstel voor 1 januari 2019), maar mist meetbare en haalbare details over de instrumenten. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de effectiviteit hangt af van de uitwerking door het college.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten of ze het college de opdracht geven om aanvullende instrumenten voor CPO te ontwikkelen en voor te stellen.
Participatie:
De motie zelf zegt weinig over participatie, maar CPO als concept impliceert betrokkenheid van particulieren in woningbouwprojecten.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid wordt niet expliciet genoemd, maar kan relevant zijn als CPO-projecten duurzame bouwmethoden en materialen bevorderen.
Financiële gevolgen:
De motie bespreekt geen directe financiële gevolgen of dekkingsvoorstellen. De financiële impact hangt af van de instrumenten die het college voorstelt.
-