Analyse van het document
Analyse van het voorstel: 9e wijziging Algemene Plaatselijke Verordening (APV) Kaag en Braassem 2012
Titel en Samenvatting:
De titel van het voorstel is "9e wijziging Algemene Plaatselijke Verordening (APV) Kaag en Braassem 2012". Het voorstel beoogt de bestaande Schepenverordening 2009 te integreren in de APV om de regelgeving voor openbaar water te actualiseren en te centraliseren. Dit moet zorgen voor een juridisch actueel en praktisch bruikbaar kader, waarbij de regeldruk laag blijft. De wijzigingen omvatten onder andere nieuwe definities en bepalingen over ligplaatsen en voorwerpen op openbaar water, met als doel de handhaving te verbeteren en de regelgeving te vereenvoudigen.
Oordeel over de volledigheid:
Het voorstel lijkt volledig in de zin dat het zowel de noodzaak als de inhoudelijke wijzigingen en de juridische context duidelijk uiteenzet. Het bevat een gedetailleerde uitleg van de wijzigingen en de redenen daarvoor, evenals de gevolgen en de juridische basis.
Rol van de raad:
De raad heeft de rol om het voorstel te beoordelen en vast te stellen. Dit omvat het goedkeuren van de integratie van de Schepenverordening in de APV en het intrekken van de oude verordening.
Politieke keuzes:
De raad moet beslissen over de mate van deregulering en de balans tussen handhaving en vrijheid voor gebruikers van openbaar water. Er moet ook worden overwogen hoe de beperkte capaciteit voor toezicht en handhaving kan worden aangepakt.
SMART en Inconsistenties:
Het voorstel is specifiek en tijdgebonden, maar mist meetbare doelen en concrete acties voor handhaving. Er zijn geen duidelijke inconsistenties, maar de beperkte capaciteit voor toezicht kan een uitdaging vormen.
Besluit van de raad:
De raad moet besluiten om de 9e wijziging van de APV vast te stellen en de Schepenverordening 2009 in te trekken.
Participatie:
Er is geen formele inspraak toegepast, omdat het om regelgeving gaat en niet om beleid. Inspraak kan wel relevant zijn bij toekomstige besluitvorming over nadere regels.
Duurzaamheid:
Duurzaamheid is geen relevant onderwerp in dit voorstel, zoals expliciet vermeld.
Financiële gevolgen:
Er zijn geen financiële consequenties verbonden aan het wijzigingsvoorstel. De capaciteit voor toezicht en handhaving is echter beperkt, wat implicaties kan hebben voor de uitvoering.